Hoe werkt een snelheidsbegrenzer?
Er zijn snelheidsbegrenzers beschikbaar voor 56 mph (90 km/h), 62 mph (100 km/h) en 70 mph (110 km/h).
Het is bij wet vereist dat voertuigen met een GVM (brutogewicht) van meer dan 3,5 ton moeten worden uitgerust met een snelheidsbegrenzer op 56 mph (90 km/h) en deze functie is standaard op de 470 GVM-modellen.
Instelbare snelheidsbegrenzers
Met de instelbare snelheidsbegrenzer kan de bestuurder de maximumsnelheid instellen tussen 20 en 110 km/h. Dit voorkomt dat de bestuurder sneller dan deze snelheid rijdt. Als de bestuurder zijn/haar voet van het gaspedaal afhaalt, zal het voertuig vertragen.
De instelbare snelheidsbegrenzer wordt bediend met schakelaars die aan de linkerzijde van het stuurwiel zijn gemonteerd. Wanneer het systeem wordt ingeschakeld, wordt de ingestelde maximumsnelheid duidelijk weergegeven in het instrumentenpaneel. De maximumsnelheid kan vervolgens worden verhoogd of verlaagd door op een van de twee schakelaars te drukken en is ook instelbaar tijdens het rijden.
Het systeem heeft ook een ingebouwde onderdrukkingsfunctie, waarmee het voertuig sneller dan de ingestelde maximumsnelheid kan rijden als u een ander voertuig moet inhalen. De software zal de snelheidsbegrenzing tijdelijk uitschakelen en daarna automatisch weer inschakelen wanneer de snelheid weer onder de ingestelde snelheid daalt. Het display op het instrumentenpaneel geeft ook aan wanneer u de ingestelde maximumsnelheid overschrijdt.
Intelligente snelheidsbegrenzers
De intelligente snelheidsbegrenzer is ontworpen om de instelbare snelheidsbegrenzer te verbeteren. Wanneer het systeem is geactiveerd, zal het uw ingestelde maximumsnelheid automatisch aanpassen aan de door de camera voor verkeersbordherkenning gedetecteerde maximumsnelheid.
Dit kan een optie zijn op sommige modellen.