Hoe wijzig ik de SYNC-connectiviteitsinstellingen?
Om de beschikbare afstandsbedieningsfuncties zoals Starten op afstand, Vergrendelen of Ontgrendelen op afstand te kunnen gebruiken, moet je ervoor zorgen dat de Connectiviteitsinstellingen in je auto zijn ingeschakeld.
Connectiviteitsinstellingen wijzigen
SYNC 4A
De connectiviteitsinstellingen wijzigen met SYNC 4A:
- Druk op de voertuigafbeelding op het SYNC-scherm van uw voertuig.
- Druk op Instellingen.
- Selecteer Connectiviteit.
- Kies Functies voor connected vehicle.
- Schakel Voertuigconnectiviteit naar uw voorkeur (AAN of UIT).
We raden aan om Voertuigconnectiviteit op AAN te zetten voor de beste update-ervaring.
SYNC 4
De connectiviteitsinstellingen wijzigen met SYNC 4:
- Druk op Instellingen op het SYNC-scherm van je voertuig.
- Druk op Connectiviteit.
- Connected Vehicle-functies kiezen.
- Schakel Voertuigconnectiviteit naar uw voorkeur (AAN of UIT).
We raden aan om Voertuigconnectiviteit op AAN te zetten voor de beste update-ervaring.
SYNC 3
De Connectiviteitsinstellingen wijzigen met SYNC 3:
- Schakel uw voertuig in.
- Tik op Instellingen op het SYNC 3-scherm van uw voertuig.
- Selecteer FordPass Connect.
- Tik op Connectiviteitsinstellingen
- Zorg ervoor dat alle Connectiviteitsinstellingen zijn ingeschakeld om toegang te krijgen tot alle FordPass-functies.
- Om uit te schakelen, schuift u de knoppen naar Uit.